1.2. Maak van jezelf een marionet
© Walter Roozendaal - www.muzemuzette.com - klik hier voor meer informatie
- Voorbeeld voor 1.3.
- Vanuit een geconcentreerd nulpunt heel langzaam spanning opbouwen.
- Uw voorbeeld moet duidelijk maken, dat de bewegingen in grote, langzame bogen passen bij de grote spanningsbogen in de muziek.
- Vooral uw eigen concentratie zal inspirerend werken!
Inleiding
Zet de leerlingen in een kring op de grond.
- We gaan over van beelden naar marionetten.
- Bij de muziek hoort een verhaal. Een middeleeuwse stad ontwaakt: de poortwachter blaast op zijn hoorn, de stadspoorten gaan open, langzamerhand komt de stad tot leven. Mensen komen de straten op, ruiters en boerenkarren komen langs, enz. Wij brengen op de muziek de marionet tot leven.
NB. Het gegeven van het langzaam tot leven komen van een stad of van iemand komt terug in les 4.
Voordoen
Laat zien hoe u van uzelf een marionet maakt: Bind een z.g. touwtje aan uw pols (pantomime). Trek het strak omhoog, loodrecht boven de pols. Het werkt extra suggestief, wanneer u uw hand slap laat hangen: daar zit geen touwtje aan.
Op muziek
MUZIEK 2: Opening van de 4de Symfonie van Bruckner.
- U laat op de muziek zien, wat je zo vanuit de pols kan doen: hoger, lager, naar links, naar rechts, leg een hand op de knie, naar een schouder, schud de arm zachtjes op en neer, enz.
- Volg de muziek: lange grote spanningsbogen.
- Moedig de leerlingen aan om gaandeweg mee te doen: eerst de ene arm, dan de andere arm, dan een touwtje aan een knie, kan je ook jezelf stukje voor stukje laten staan? — Laat ze steeds verder gaan en zelf ontdekkingen doen.