4. Zeggen, Zien en Zijn nader bekeken

verteltechniek - zingen - voordracht © Walter Roozendaal - www.muzemuzette.com - klik hier voor meer informatie

Zeggen, Zien en Zijn combineren

Door in je vertelling afwisselend gebruik te maken van “de drie Zetten” krijg je een enorme afwisseling, die het vertellen tot een levend proces maakt dat de toehoorders uitnodigt tot een actieve meeleefrol.

  • Zeggen is vaak een goed begin, en de manier om direct contact te leggen met de luisteraars.
  • Zien is een andere manier van contact: je nodigt de luisteraars uit om mee te leven in jouw verbeeldingswereld.
  • Zijn is een stap verder dan Zien: genuanceerd meeleven vanuit de verschillende perspectieven van verschillende rollen uit je verhaal.

Zeggen

Eerder zei ik: Zeggen is in eerste instantie de meest gebruikte invalshoek om te vertellen. Een goede leraar doet dat automatisch, beginnende vertellers beginnen intuïtief meestal op die manier met vertellen.
Daar is op zich niets slechts aan --- anders zou die goede leraar geen goede leraar zijn. Het is in elk geval een manier om vanuit contact met je toehoorders je verhaal te delen.

Er is echter wel een valkuil. Die wordt zichtbaar wanneer je het gevoel hebt dat je heel duidelijk moet zijn: goed verstaanbaar en begrijpelijk. Je ziet dat aan de houding van een verteller wanneer die zich steeds meer voorover buigt, naar het publiek toe. Alsof het innerlijke gebaar van “het neerleggen van je boodschap bij het publiek” mensen uitnodigt tot voorover leunen en met kracht die boodschap als het ware naar het publiek toe spugen, ze het door hun strot willen duwen. Soms zie je een beginnend verteller bijna dubbel klappen in het verbeelden van grote emoties, die dan vaak veel te dik en opgelegd onnatuurlijk klinken. Wat leidt tot het idee dat je als verteller niet mag acteren - terwijl je eigenlijk zou moeten zeggen dat je als verteller niet onnatuurlijk en opgelegd moet acteren.

Je openen voor je verhaal en je publiek is dan de tegenovergestelde innerlijke beweging, die niet naar voren is gericht, maar ontvangend, dus iets achterwaarts. Want je laat je treffen door de opgeroepen verbeelding.

Bij Zien krijg je dan het verschijnsel, dat je als het ware kijkt in je verbeeldingswereld. Op dat moment heb je geen direct visueel contact meer met je publiek, maar begeef je je in de ruimte voor je, in die verbeeldingswereld.
Verliezen jij en je publiek dan echt het contact?
Volgens mij niet. Want in mijn bewegingsspel (het me laten treffen door wat ik in die verbeeldingswereld zie, hoor, voel, merk, denk) nodigde ik het publiek uit om met mijn proces mee te leven, en zo bij mij te zijn. En dat is een andere vorm van contact.

In de praktijk zal ik Zeggen en Zien en Zijn dus veel afwisselen, waarbij ik op meer manieren contact leg met mijn publiek, ze op verschillende manier ‘bespeel’ en uitnodig om bij mij en mijn verhaal te zijn.

Voor de Wikipedia van de Stichting Vertellen heb ik een discussie over Acteren en vertellen in gang gezet, die op dit soort aspecten nader ingaat. Deze minigids en die discussie vullen elkaar aan.